Sjabloon:1963:HVI TREKKEN: verschil tussen versies

Uit Spelregels voor tafelarbiters
k (Beveiligde "Sjabloon:1963:HVI TREKKEN" ([Bewerken=Alleen beheerders toestaan] (vervalt niet) [Hernoemen=Alleen beheerders toestaan] (vervalt niet)))
 
Regel 1: Regel 1:
 
'''TREKKEN.''' Art. 66 t/m 69</br>
 
'''TREKKEN.''' Art. 66 t/m 69</br>
  
[[template:1963:66|Art. 66. Rangschikken van slagen.]]</br>
+
{{template:1963:66|Art. 66. Rangschikken van slagen.}}</br>
[[template:1963:67|Art. 67. Het inzien van slagen.]]</br>
+
{{template:1963:67|Art. 67. Het inzien van slagen.}}</br>
[[template:1963:68|Art. 68. Een slag met een onjuist aantal kaarten.]]</br>
+
{{template:1963:68|Art. 68. Een slag met een onjuist aantal kaarten.}}</br>
[[template:1963:69|Art. 69. Abusievelijk toegeëigende slag.]]</br>
+
{{template:1963:69|Art. 69. Abusievelijk toegeëigende slag.}}</br>

Huidige versie van 21 aug 2019 om 14:56

TREKKEN. Art. 66 t/m 69

Artikel 66. Rangschikken van slagen.

Wanneer vier kaarten in een slag zijn gespeeld, legt elke speler zijn eigen kaart met de beeldzijde naar beneden vlak voor zich op de rand van de tafel. Indien de slag door zijn partij is gewonnen moet de kaart met de smalle zijde in de richting van zijn maat worden neergelegd; hebben zijn tegenstanders de slag gewonnen, dan moet de kaart met de smalle zijde in hun richting worden neergelegd. Elke speler moet zijn kaarten zodanig ordelijk in één rij rangschikken, dat zij elkaar in de gespeelde volgorde gedeeltelijk bedekken, teneinde het nazien van het spel na beëindiging mogelijk te maken, en zo nodig vast te kunnen stellen hoeveel slagen elk paar heeft gemaakt en in welke volgorde de kaarten werden gespeeld. 1)

1) Indien een speler zijn kaarten niet op deze wijze rangschikt kan hij zijn recht op het bezit van een omstreden trek of zijn recht om een verzaking aan te tonen, in gevaar brengen.

Artikel 67. Het inzien van slagen.

De leider of elke tegenspeler mag, zolang hij of zijn maat nog niet in del volgende slag heeft voor- of bijgespeeld, eisen, dat enige of alle kaarten van de juist voltooide slag voor inzage worden opengelegd. Daarna mogen, tot het spel is voltooid, dichtgelegde slagen slechts in aanwezigheid van de wedstrijdleider en in diens speciale opdracht worden ingezien. Nadat het spel is afgelopen mogen de gespeelde en niet-gespeelde kaarten worden ingezien om een bewering over verzaken of over het aantal gewonnen of verloren slagen waar te maken of te weerleggen 1); maar een speler mag daarbij geen kaarten, dan die van zijn eigen hand aanraken. Indien een speler, nadat de bewering is geuit, zijn kaarten zodanig dooreen mengt, dat de wedstrijdleider de feiten niet kan vaststellen, dan moet de beslissing ten gunste van de andere partij worden genomen.

1) of over honneurs in een wedstrijd om scorepunten.
Artikel 68. Een slag met een onjuist aantal kaarten (onjuiste slag).

Indien een speler heeft verzuimd in een slag bij te spelen, of te veel kaarten in een slag heeft bijgespeeld moet de feut worden hersteld, indien de aandacht op de onregelmatigheid wordt gevestigd vóórdat een speler van elk der partijen in de volgende slag heeft gespeeld. Om het verzuim om bij te spelen te herstellen moet de overtreder een reglementair juiste kaart aan de slag toevoegen. Indien te veel kaarten in een slag werden gespeeld moet de overtreder alle door hem in die slag gespeelde kaarten, behalve één, die hij reglementair juist kan spelen, terugnemen. Elke aldus teruggenomen kaart wordt een strafkaart (art. 50) indien zij uit de gesloten hand van een tegenspeler werd gespeeld. Nadat een kaart onder deze omstandigheden is teruggenomen, mag elke speler van de niet-overtredende partij zonder straf elke na de overtreding gespeelde kaart terugnemen, mits die kaart werd gespeeld vóórdat de aandacht op de onregelmatigheid werd gevestigd. Indien een onjuist aantal kaarten in een slag is gespeeld en de aandacht wordt er eerst op gevestigd nadat een speler van elke partij in de volgende slag heeft gespeeld, dan blijft de onjuiste slag ongewijzigd, en
a. een speler met te weinig kaarten speelt de rest van zijn hand met minder kaarten dan de andere spelers; hij speelt bij de laatste slag of slagen niet bij; en als hij met zijn laatste kaart de slag wint moet de volgende speler voorspelen voor de volgende slag;
b. een speler met teveel kaarten in zijn hand, toont en speelt onmiddellijk een kaart, die hij reglementair juist in de onjuiste slag kon spelen. Deze kaart kan geen wijziging brengen in het reeds verkregen recht op de slag.

Artikel 69. Abusievelijk toegeëigende slag.

Elke speler mag verlangen, dat een kaart, die na het spelen in de verkeerde richting is gelegd, wordt gedraaid, zodat hij in de juiste richting ligt. Ongeacht in welke richting de kaarten zijn gelegd, moet de slag worden toegewezen aan degene, die de winnende kaart in deze slag heeft gespeeld. Indien er verschil van mening bestaat omtrent het winnen van de slag, dan behoort onmiddellijk de wedstrijdleider te worden ontboden om in de zaak te beslissen.