Sjabloon:1987:18

Uit Spelregels voor tafelarbiters

Artikel 18 Bod

A. Juiste wijze

Een bod noemt een aantal trekken, van één tot zeven, en een speelsoort (pas, doublet en redoublet zijn biedingen, maar geen bod).

B. Het opheffen van een bod

Een bod heft een vorig bod op als het óf hetzelfde aantal trekken in een hogere speelsoort aanduidt, óf een groter aantal trekken in welke speelsoort dan ook.

C. Het opheffen van een bod

Een bod heft een vorig bod op als het óf hetzelfde aantal trekken in een hogere speelsoort aanduidt, óf een groter aantal trekken in welke speelsoort dan ook.

D. Onvoldoende bod

Een bod, dat het onmiddellijk eraan voorafgaande bod niet opheft, is een onvoldoende bod.

E. Rangorde van de speelsoorten

De rangorde van de speelsoorten in afdalende volgorde is: sans atout, schoppen, harten, ruiten, klaveren.