Sjabloon:1982:62

Uit Spelregels voor tafelarbiters
Versie door Kees (overleg | bijdragen) op 18 sep 2019 om 10:55 (Beveiligde "Sjabloon:1982:62" ([Bewerken=Alleen beheerders toestaan] (vervalt niet) [Hernoemen=Alleen beheerders toestaan] (vervalt niet)))
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Artikel 62. Herstel van een verzaking

Een speler moet zijn verzaking herstellen indien hij deze bemerkt voordat zij voldongen wordt. Om een verzaking te herstellen moet hij de kaart, waarmee hij verzaakte, terugnemen en bekennen met een kaart naar keuze. De teruggenomen kaart word teen strafkaart (artikel 50) indien zij uit een niet openliggende hand van een tegenspeler werd gespeeld. De kaart mag straffeloos worden teruggenomen indien zij uit de hand van de leider of van de blinde was gespeeld 1) of indien het een openliggende kaart van een tegenspeler was. Iedere speler van de niet-overtredende partij kan straffeloos elke kaart terugnemen die hij heeft gespeeld na de verzaking maar voordat de aandacht erop was gevestigd (zie artikel 47). Behalve zoals voorzien in de volgende alinea mag de partner van de overtreder zijn kaart niet terugnemen, tenzij hiermede eveneens werd verzaakt 2).
Na de elfde slag moet een verzaking, zelfs als zij voldongen is, worden hersteld indien zij wordt ontdekt voordat de vier handen in het bord zijn teruggestoken; en indien de verzaking plaatsvond voordat de partner van de overtreder aan de beurt was om in de twaalfde slag te spelen, geldt als straf dat de leider of elke tegenspeler, naar gelang het geval zich voordoet, mag bepalen welke kaart, mits reglementair juist, de partner van de overtreder in deze slag moet spelen.

1) Onderworpen aan artikel 43. Een bewering dat verzaakt is, rechtvaardigt niet het inzien van dichtgelegde slagen behalve zoals toegestaan volgens artikel 66.
2) In een dergelijk geval wordt de teruggenomen kaart een strafkaart, indien zij werd gespeeld uit een niet-openliggende hand van een tegenspeler.