Sjabloon:1975:2
Uit Spelregels voor tafelarbiters
Artikel 2. De wedstrijdborden
- Een wedstrijdbord, bevattende een spel, is ter beschikking voor elke gift, welke gedurende een zitting moet worden gespeeld. Ieder bord is genummerd en bevat vier vakken voor het opbergen van de vier handen, aangeduid met Noord, Zuid, Oost en West. De gever en de kwetsbaarheid zijn als volgt vastgesteld:
Noord gever | Borden | 1 | 5 | 9 | 13 |
Oost gever | Borden | 2 | 6 | 10 | 14 |
Zuid gever | Borden | 3 | 7 | 11 | 15 |
West gever | Borden | 4 | 8 | 12 | 16 |
Niemand kwetsbaar | Borden | 1 | 8 | 11 | 14 |
Noord-Zuid kwetsbaar | Borden | 2 | 5 | 12 | 15 |
Oost-West kwetsbaar | Borden | 3 | 6 | 9 | 16 |
Allen kwetsbaar | Borden | 4 | 7 | 10 | 13 |
Dezelfde volgorde geldt voor de borden 17 - 32 en voor elke volgende groep van 16 borden.