De strekking van de spelregels:1936

Uit Spelregels voor tafelarbiters
Versie door Kees (overleg | bijdragen) op 3 aug 2019 om 22:19 (Beveiligde "De strekking van de spelregels:1936" ([Bewerken=Alleen beheerders toestaan] (vervalt niet) [Hernoemen=Alleen beheerders toestaan] (vervalt niet)))
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

DE STREKKING VAN HET REGLEMENT.
De regels zijn bedoeld om een correcte wijze van spelen vast te leggen en te voorzien in met de omstandigheden in overeenstemming zijnde bepalingen, indien een speler bij- toeval, door zorgeloosheid of onoplettendheid, den goeden gang van het spel verstoort of een weliswaar niet bedoeld, doch niettemin onverdiend voordeel behaalt.

De bedoeling van de "Speelmanieren" is, die spelers voor te lichten, welke in vele gevallen niet inzien, dat of hoe zij ongeoorloofde inlichtingen aan hun maat geven, hetgeen vaak een veel meer te laken vergrijp is dan een louter onopzettelijke inbreuk op de regels.
Het doel van de regels is niet om oneerlijke practijken te voorkomen; daarom zijn er geen straffen gesteld op opzettelijke schending hetzij van de spelregels, hetzij van de speelmanieren. Wanneer geen straf is voorgeschreven, is de moreele verplichting zich aan de regels te houden het sterkst. Uitsluiting is het uiterste middel, indien bij herhaling opzettelijk overtredingen worden begaan. De straffen zijn beperkt tot een met recht en billijkheid overeen te brengen minimum, en een speler, die een overtreding begaat, dient bereid te zijn de voorgeschreven straf hoffelijk te aanvaarden.
Ofschoon de toepassing van straffen soms niet bindend is voorgeschreven, komt een onveranderlijk strenge toepassing de eensgezindheid tijdens en de belangen van het spel ten goede.

Het kan voorkomen, dat ingewikkelde en moeilijke gevallen zich voordoen, waarop deze regels niet in voldoende mate van toepassing zijn. In dergelijke gevallen dienen de spelers te beslissen, daarbij de eerlijkste wijze kiezend met inachtneming van de feiten van het onderhavige geval. *)

Wanneer deze beginselen ter harte worden genomen, wordt geredetwist vermeden en wordt het genoegen, dat het spel biedt, aanmerkelijk verhoogd.

Teneinde de verschillende regels van het spel en van de speelmanieren behoorlijk te beheerschen en gemakkelijk na te slaan, moet de speler zich het spel verdeeld denken, gelijk ook deze regels ingedeeld zijn, in vijf tijdvakken, die duidelijk van elkaar zijn gescheiden:

Eerste Tijdvak: Voorbereidingen tot den Robber.
Tweede Tijdvak: Het Schudden, het Afnemen, het Geven.
Derde Tijdvak: Het Bieden.
Vierde Tijdvak: Het Spelen.
Vijfde Tijdvak: Het Opteekenen.

De laatste tijdvakken komen in chronologische volgorde terug, daar bij ieder spel van een robber gegeven, geboden, gespeeld en opgeteekend wordt. De regels van het spel en de speelmanieren van ieder tijdvak staan geheel op zichzelf, doch vormen één geheel, dat volkomen afgescheiden en onafhankelijk is van die van eenig ander tijdvak. Wanneer men deze raadpleegt bij een bepaald geval of vergrijp, dient men slechts dat tijdvak na te slaan, waarin het onderhavige geval zich voordoet.

*1) Als de onregelmatigheid ongetwijfeld te wijten is aan een vergissing of onjuiste uitdrukking van den tegenstander, moet men geen straf eischen.