Sjabloon:1936:27

Uit Spelregels voor tafelarbiters
Versie door Kees (overleg | bijdragen) op 4 aug 2019 om 13:58 (Nieuwe pagina aangemaakt met ''''27. Het verzaken'''</br></br> {{template:1936:27-1|27.1 Herstelde verzaking}}</br> {{template:1936:27-2|27.2 Daden, die een verzaking voldongen maken}} </br> {{t...')
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

27. Het verzaken

Herstelde verzaking.
1. Als een speler verzaakt en zijn verglssmg herstelt door de onjuiste kaart terug te nemen, voordat de verzaking voldongen is, dan moet hij een juiste kaart in de plaats spelen, en als de verkeerde kaart toebehoort aan:

a) een tegenspeler: mag de leider die kaart behandelen als een strafkaart. of van hem eischen om zijn hoogste of laagste kaart bij te spelen; *)
b) den leider: mag deze kaart worden terugqenomen, en als de tegenspeler aan de linkerhand van den leider in den slag heeft bijgespeeld na den leider, mag hij van den leider eischen, zijn hoogste of laagste kaart in de juiste kleur te spelen;
c) den blinde: dan wordt de kaart zonder straf teruggelegd.

Een kaart, bijgespeeld door een speler van de nietovertredende partij, nà een verzaking en vóór het herstel, mag teruggenomen worden.

*) Deze straf mag niet worden opgelegd,. als de hand van een tegenspeler, bij zijn verzaken, openlag als gevolg van het opeischen van een slag door den leider.

Daden, die een verzaking voldongen maken.
2. Een verzaking, anders dan die begaan bij het voorspelen, wordt voldongen, wanneer een speler van de overtredende partij voor- of bijspeelt in den volgenden slag. behalve dat zulk een verzaking begaan in den twaalfden slag nooit voldongen wordt.
Een verzaking, begaan bij het voorspelen, wordt voldongen, wanneer de maat van den overtreder bijspeelt in den slag, waarin is verzaakt.

Onderzoek naar een mogelijke verzaking.
3. Een speler mag vragen, of het spelen van een kaart een verzaking inhoudt, en mag vergen, dat een tegenspeler zijn verzaking herstelt, maar niets kan de bepalingen van de vorige paragraaf veranderen of uitstellen.
De blinde mag slechts den leider ondervragen, en, als hij zulks doet, nadat hij opzettelijk een kaart in het spel van een speler heeft ingezien, mag de leider zijn kaart niet terugnemen.

Voldongen verzaking.
4. Wanneer een verzaking is voldongen. geldt de slag als gespeeld en, als de straf voor de verzaking is opgeëischt, worden aan het eind van het spel van de slagen, die door de verzakende partij tijdens het spel. na haar eerste verzaking, gewonnen werden (met inbegrip van den slag waarin werd verzaakt) aan de niet overtredende partij overgedragen: twee dergelijke slagen voor de eerste verzaking van een partij en één dergelijke slag voor iedere volgende verzaking door dezelfde partij; geen slagen worden evenwel overqedragen:

(1) wanneer de verzaking werd begaan uit een hand, die op het tijdstip der verzaking rechtmatig was opengelegd; of
(2) wanneer de straf voor de verzaking wordt opgeëischt of de aandacht er op wordt gevestigd, nadat het afnemen voor de volgende gift is voltooid, of, als de verzaking plaats had in het laatste spel van een robber, nadat de uitslag van den robber is vastgesteld.

Opteekenen van overgedragen slagen.
5. Een overgedragen slag telt bij het opteekenen als een slag, die werd gewonnen in het spel door de partij, welke hem ontvangt.

Vaststellen van een beweerde verzaking.
6. Aan het einde van een spel mogen de slagen en ongespeelde kaarten worden nagekeken om een beweerde verzaking vast te stellen en, als na een dergelijke bewering, een tegenspeler de kaarten zoo dooreen mengt, dat het onmogelijk is de bewering te bewijzen, moet zij als juist erkend worden.