Overleg sjabloon:2017:26
Uit de commentary LC-WBF (WW144):
- - -
ARTIKEL 26 – Voorspeelbeperkingen na een ingetrokken bieding
Dit artikel beschrijft de rechtzettingen tijdens
het spelen wanneer een bieding is geannuleerd
en vervangen door een andere. Het is in
de 2017-versie aanzienlijk veranderd. Als de
twee biedingen vergelijkbaar zijn is er geen
voorspeelstraf. Zo niet, dan mag de leider de
uitkomst verbieden in elke kleur die niet in het
legale bieden is aangeduid. Dit omvat ook
kleuren die in het geheel geen relatie hebben
met de ingetrokken bieding.
Om vrijgesteld te zijn van een voorspeelstraf
moet in het legale bieden kleur-specifieke informatie
zijn overgebracht (d.w.z. informatie over
het feitelijke bezit in die bepaalde kleur).
Voorbeelden:
Noord is gever maar oost opent 2, dat toont
een vijfkaart harten en een lage kleur, zwakker
dan een éénopening. Zuid accepteert 2 niet
en noord opent 1SA. Oost volgt 2. Dit paar
heeft de afspraak dat 2 harten en een lage
kleur toont, wat eigenlijk dezelfde betekenis is
als zijn ingetrokken bieding, behalve dat het nu
sterker kan zijn. Het is redelijk om die biedingen
vergelijkbaar te achten. Dat betekent dat
er geen voorspeelstraffen zijn.
Dezelfde situatie maar nu toont de vervanging
van 2 slechts harten.
Het legale bieden wordt:
West Noord Oost Zuid
– 1SA 2 2SA
pas 3 doublet 3
pas pas pas
2SA is Lebensohl, het doublet toont klaveren.
In dit geval zijn de 2-biedingen niet vergelijkbaar,
dus is artikel 26B van toepassing. Het feit
dat oost beide kleuren in het legale bieden
heeft aangeduid betekent niet dat er geen
voorspeelstraffen meer zijn maar beperkt de
rechtzetting tot het mogen verbieden van een
uitkomst in schoppen of ruiten. In de vorige
versie van de spelregels zouden we waarschijnlijk
hebben besloten dat er geen voorspeelstraffen
zijn, aangezien oost beide kleuren
legaal had aangeduid tijdens het bieden.
West Noord Oost Zuid
– pas 2 3
doublet pas 2
pas pas
2 toonde een 4-4-1-4-verdeling met 11-15
punten. De vervanging door pas door oost
noopt ons nogmaals naar artikel 26B te kijken.
Deze keer zijn er geen voorspeelbeperkingen
voor west omdat oosts opening van 2 al alle
vier de kleuren heeft gespecificeerd (door
lengte in schoppen, harten en klaveren en kortheid
in ruiten te beloven).
Een speler die is onderworpen aan een voorspeelbeperking
na een ingetrokken bieding
blijft ook beperkt in verband met artikel 16, ook
al is er geen verwijzing in artikel 26B naar artikel
16C2. Alle zulke OI-beperkingen blijven van
kracht gedurende de volledige duur van het
spelen, d.w.z. zelfs nadat de leider gebruik
heeft gemaakt van zijn optie uit artikel 26B om
de uitkomst van een andere kleur te verbieden.
Toelichting Ton Kooijman artikel 26
Eindelijk eens een artikel dat veel simpeler is gemaakt. Als er een ingetrokken bieding is waarvoor geen vergelijkbare bieding is gedaan en die partij gaat tegenspelen, kan de leider de partner het voorspelen verbieden in iedere kleur die niet door de overtreder is getoond in het normale biedverloop. Hij kan maar één
kleur verbieden.