Sjabloon:1930:VII2d: verschil tussen versies

Uit Spelregels voor tafelarbiters
k (Beveiligde "Sjabloon:1930:VII2d" ([Bewerken=Alleen beheerders toestaan] (vervalt niet) [Hernoemen=Alleen beheerders toestaan] (vervalt niet)))
 
(geen verschil)

Huidige versie van 19 sep 2019 om 06:07

d. Onregelmatigheden in het uitkomen of bijspelen van kaarten.

Wanneer B de aandacht van L vestigt op het feit, dat L in de hand of in den blinde aan slag is, dat deze uit de verkeerde hand heeft gespeeld of van plan is zulks te doen. mag V eischen, dàt uit de verkeerde hand wordt gespeeld.
Wanneer L ten onrechte uit zijn hand of uit den blinde speelt, mag de fout niet worden hersteld, tenzij een der tegenspelers zulks eischt, voordat de vierde kaart is bijgespeeld.
Wanneer een tegenspeler inplaats van zijn partner uitkomt en L en B hebben nog niet bijgespeeld, mag L eischen, dat de fout hersteld wordt en de uitgekomen kaart als getoonde kaart wordt beschouwd of wel eischen, dat de andere tegenspeler een bepaalde kleur uitspeelt.
Wanneer een der tegenspelers uitkomt. terwijl de beurt was aan L, en L en B hebben nog niet bijgespeeld, dan komt L uit en wordt de uitgekomen kaart als getoonde kaart beschouwd of wel L mag bij de eerstvolgende maal, dat een tegenspeler aan slag is, de uitkomst in een bepaalde kleur eischen.
Wanneer twee spelers tegelijkertijd uitkomen, wordt geen andere straf toegepast, dan dat de kaart waarmede onrechtmatig werd uitgekomen, door de tegenpartij als getoonde kaart mag worden beschouwd.
Wanneer een der tegenspelers, tenzij desgevraagd, de aandacht vestigt op een door hem gespeelde kaart, terwijl zijn partner in den betrokken slag nog niet heeft bijgespeeld, mag L - of hij den slag wint of niet - eischen, dat die partner zijn hoogste of laagste kaart van de gevraagde kleur bijspeelt.
Wanneer door een der spelers wordt nagelaten een kaart bij een slag te voegen en er wordt niet de aandacht op gevestigd vóór die speler in den volgenden slag heeft bijgespeeld, mag de tegenpartij eischen, dat er opnieuw gegeven wordt. Wordt dit niet geëischt, dan wordt de slag aangevuld, zonder dat de slag naar de andere partij kan overgaan.
Wanneer een speler meer dan één kaart aan een slag toevoegt en de slag is opgenomen, mag, ook eventueel in den verderen loop van het spel, de fout hersteld worden. De overtreder is echter in dit geval aansprakelijk voor eventueel verzaken in de slagen volgende op den slag, waarin meer dan één kaart werd toegevoegd. Bij twijfel welke kaart moet worden teruggenomen, beslist de tegenpartij.
Wanneer een tegenspeler:
a. voor zijn beurt bijspeelt;
b. de hoogste kaart in een slag heeft ingezet, doch reeds voor den volgenden slag uitkomt. terwijl zijn partner nog in den loopenden slag moet bijspelen;
c. een kaart voor den volgenden slag kenbaar maakt, voordat zijn partner in den loopenden slag heeft bijgespeeld,
mag L eischen, dat die partner zoo mogelijk dien slag al of niet wint. of wel zijn laagste of hoogste kaart van de gevraagde kleur bijspeelt.
Wanneer L echter ten onrechte te vroeg uit eigen hand of uit den blinde bijspeelt, kan de opvolger niet voor zijn beurt spelen.