Sjabloon:1930:VII1: verschil tussen versies
Uit Spelregels voor tafelarbiters
k (Beveiligde "Sjabloon:1930:VII1" ([Bewerken=Alleen beheerders toestaan] (vervalt niet) [Hernoemen=Alleen beheerders toestaan] (vervalt niet))) |
|||
Regel 1: | Regel 1: | ||
+ | '''1. HET NORMALE VERLOOP'''</br> | ||
{{template:1930:VII1-Algemeen|Algemeen}}</br> | {{template:1930:VII1-Algemeen|Algemeen}}</br> | ||
{{template:1930:VII1-Blinde|Blinde}}</br> | {{template:1930:VII1-Blinde|Blinde}}</br> | ||
{{template:1930:VII1-Overige_Spelers|Overige spelers}}</br> | {{template:1930:VII1-Overige_Spelers|Overige spelers}}</br> |
Huidige versie van 19 sep 2019 om 05:37
1. HET NORMALE VERLOOP
Algemeen
- Het spelen vangt aan. nadat het bieden is afqeloopen.
- De speler van een spel wordt aangeduid met L (leider). de speler links van hem met V (voorhand), de partner van den speler met B (blinde), de vierde speler met A (achterhand).
- V speelt het eerst een kaart uit. waarna B zijn spel geopend voor zich legt.
- Bij toerbeurt wordt door iederen speler. linksom gaande. een kaart bijgespeeld; L speelt de kaarten van B bij.
- Een slag wordt gewonnen door den speler, die de hoogste kaart in de uitgekomen kleur, of de hoogste troef heeft bijgespeeld, Deze speler komt voor den volgenden slag uit.
- Alle kaarten moeten zoodanig worden gespeeld. dat de speelzijden voor alle spelers zichtbaar zijn.
- Een kaart wordt geacht te zijn bijgespeeld, wanneer de speelzijde zichtbaar is gekomen of de kaart is genoemd als te zullen worden bijgespeeld, ook al wordt voor de beurt bijgespeeld en mag niet meer worden teruggenomen.
- De door elke partij gemaakte slagen worden door L dan wel door V of A, zoodanig neergelegd, dat het aantal slagen duidelijk is te overzien; de rugzijde van de kaarten komt daarbij boven.
- Is een slag opgenomen, gekeerd en losgelaten, dan mag hij niet meer worden ingezien.
Blinde
- B heeft geen bemoeienis met het spelen; echter mag hij:
- a. vragen, wanneer L renonceert, of dit juist is;
- b. L attent maken op een te veel of te weinig kaarten in een op te nemen slag, dan wel op het toevoegen van twee kaarten uit eigen hand of blinde;
- c. attent maken op het opnemen van een slag door een daartoe niet gerechtigde partij;
- d. deelnemen aan eenige discussie inzake een meeningsverschil; geeft hij echter een onjuiste geoorloofde inlichting over de regels of over den gang van zaken, dan zijn de daaruit voortvloeiende onregelmatigheden niet strafbaar.
- B mag niet in de kaarten kijken van een der nevenspelers. noch opstaan om in de kaarten van L te zien.
- Zou B overigens attent maken op eenige overtreding van de tegenspelers, dan mag L voor die overtreding geen straf eischen.
Overige spelers
- Gedurende het spelen moet L, V of A desverlangd over het laatste bod worden ingelicht, eventueel of dit gedoubleerd dan wel geredoubleerd is; andere inlichtingen over het bieden mogen worden geweigerd.
- In den loop van een slag en vóór het opnemen daarvan, mogen L, V of A vragen, wie daaraan een bepaalde kaart heeft toegevoegd.
- L, V en A mogen attent maken op eenige afwijking of overtreding; echter mag alleen de speler, die bij een overtreding aangewezen is als strafoplegger, de straf eischen: zou zijn partner dit doen of suqqereeren, dan mag geen straf werden opgelegd.
- Wordt een straf geëischt, welke afwijkt van dit voorschrift, dan vervalt de juiste straf.
- V en A mogen over en weer bij renonceeren van één van beiden vragen of dit renonceeren juist is en elkaar er attent op maken, wanneer door een van beiden te veel of te weinig kaarten in een slag worden gespeeld.
- Geeft L, V of A een onjuiste geoorloofde Inlichting over den regels of over de gang van zaken, dan zijn de daaruit voortvloeiende onregelmatigheden niet strafbaar.
- In meerdere gevallen mag als straf het uitkomen of bijspelen op een bepaalde wijze worden geëischt. De betrokken speler moet alsdan een beslissing dienaangaande afwachten, alvorens te spelen. Heeft een speler renonce in de kleur, waarvan van hem als straf wordt geëischt, dat hij zal spelen, dan is daarmede de straf vervallen.