Sjabloon:1987:6: verschil tussen versies
Uit Spelregels voor tafelarbiters
Regel 1: | Regel 1: | ||
− | Artikel 6 Het schudden en geven</br> | + | '''Artikel 6''' '''Het schudden en geven'''</br> |
{{template:1987:6A|A. Het schudden}}</br> | {{template:1987:6A|A. Het schudden}}</br> |
Huidige versie van 18 aug 2019 om 18:26
Artikel 6 Het schudden en geven
A. Het schudden
- Voordat het spelen begint, wordt elk spel grondig geschud. De kaarten moeten worden afgenomen (gecoupeerd), indien een van de tegenstanders dit wenst.
B. Het geven
- De kaarten moeten met de beeldzijde naar beneden, kaart voor kaart, in volgorde worden gegeven zodat 4 handen ontstaan, elk van van 13 kaarten. Elke hand wordt daarna met de beeldzijde naar beneden in één van de 4 vakken van het bord gedaan.
C. Vertegenwoordiging van beide paren
- Bij het schudden en geven moet een speler van elk paar aanwezig zijn, tenzij de wedstrijdleider een andere regeling treft.
D. Opnieuw schudden en opnieuw geven
- 1. Foutief gegeven, of getoonde kaarten
- Er moet opnieuw worden geschud en gegeven, indien, voordat de laatste kaart is gegeven, blijkt dat de kaarten op onjuiste wijze zijn gegeven of dat een speler de beeldzijde van een kaart heeft gezien.
- 2. Niet geschud of niet gegeven
- Een resultaat mag niet gehandhaafd worden als de kaarten zijn gegeven met een voorgesorteerd spel kaarten zonder te zijn geschud, of als het spel al voordien gespeeld was.
- 3. Op aanwijzing van de wedstrijdleider
- Er moet opnieuw geschud en opnieuw gegeven worden als de wedstrijdleider dit voorschrijft om enige reden die in overeenstemming is met de spelregels.
- Er moet opnieuw geschud en opnieuw gegeven worden als de wedstrijdleider dit voorschrijft om enige reden die in overeenstemming is met de spelregels.
E. Keuzemogelijkheden van de wedstrijdleider
- 1. Door de spelers
- De wedstrijdleider mag voorschrijven, dat het schudden en geven aan iedere tafel moet geschieden onmiddellijk voordat het spelen begint.
- 2. Door de wedstrijdleider
- De wedstrijdleider mag vooraf zélf schudden en geven.
- 3. Door derden of assistenten
- De wedstrijdleider mag zijn assistenten of andere daartoe aangewezen personen vooraf laten schudden en geven.
- 4. Andere methode van geven of vooraf geven
- De wedstrijdleider mag voor het geven of het vooraf geven een andere methode voorschrijven.
- De wedstrijdleider mag voor het geven of het vooraf geven een andere methode voorschrijven.
F. Het dupliceren van een bord
- Indien de voorwaarden waaronder wordt gespeeld dat nodig maken, mag, in opdracht van de wedstrijdleider, elk oorspronkelijk spel één of meer malen worden gedupliceerd.