Sjabloon:1932:46: verschil tussen versies
k (Beveiligde "Sjabloon:1932:46" ([Bewerken=Alleen beheerders toestaan] (vervalt niet) [Hernoemen=Alleen beheerders toestaan] (vervalt niet))) |
|||
(Een tussenliggende versie door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 10: | Regel 10: | ||
(5) Als de tegenspelers van den leider tegelijk uitkomen, is het uitkomen uit de juiste hand geldig, terwijl de voor de beurt uitgespeelde kaart een getoonde kaart is.</br> | (5) Als de tegenspelers van den leider tegelijk uitkomen, is het uitkomen uit de juiste hand geldig, terwijl de voor de beurt uitgespeelde kaart een getoonde kaart is.</br> | ||
− | <nowiki | + | <nowiki>*)</nowiki> Een speler verzaakt, wanneer hij verzuimt op de geëischte wijze uit te komen en te spelen, indien hij daar wel toe in staat is. (Term. |
XXVIIT). | XXVIIT). |
Huidige versie van 1 aug 2019 om 11:51
REGEL 46. VOOR DE BEURT UITKOMEN.
(1) Als de leider uit een der beide handen uitkomt, wanneer een der tegenspelers aan de beurt is om uit te komen, mag elk der tegenspelers van hem eischen zijn kaart terug te nemen, maar hij mag die alleen terug nemen, als een tegenspeler dat van hem vordert.
(2) Als een tegenspeler van den leider voor zijn beurt uitkomt mag de leider, voordat hij uit een zijner twee handen heeft bijgespeeld, -
- (I) van de overtredende partij eischen, om wanneer een van hen eerst aan de beurt is om uit te komen *), dit te doen in een door hem genoemde kleur, en, wanneer de eerste beurt niet aan een der tegenspelers is, de voor de beurt voorgespeelde kaart behandelen als een getoonde kaart totdat de beurt aan een der tegenspelers komt; of
- (II) de voorbarig voorgespeelde kaart als een getoonde kaart behandelen en, als die kaart nog een getoonde kaart is, wanneer de maat van den overtreder voor de volgende maal aan de beurt komt om uit te komen verbieden, dat in de kleur van de getoonde kaart wordt uitgekomen *); of
- (lII) de verkeerd voorgespeelde kaart als juistgespeeld behandelen.
(3) Als door de andere partij een kaart wordt bijgespeeld nadat voor de beurt is uitgekomen, moet het onjuist uitkomen als juist worden behandeld, en, in het geval dat een kaart zoo wordt bijgespeeld uit de hand van den leider na een openings-uitkomen (voor den eersten
slag van een spel) door den verkeerden tegenspeler, wordt de leider blinde en wordt zijn maat leider.
(4) Als na een openings-uitkomen door den verkeerden tegenspeler, de maat van den leider eenige kaart van zijn spel toont voordat de leider de straf heeft bepaald, mag deze de hierboven in (2 (I)) aangegeven straf niet opleggen.
(5) Als de tegenspelers van den leider tegelijk uitkomen, is het uitkomen uit de juiste hand geldig, terwijl de voor de beurt uitgespeelde kaart een getoonde kaart is.
*) Een speler verzaakt, wanneer hij verzuimt op de geëischte wijze uit te komen en te spelen, indien hij daar wel toe in staat is. (Term. XXVIIT).