Sjabloon:WRNBB-H1: verschil tussen versies
Regel 1: | Regel 1: | ||
+ | HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE BEPALINGEN | ||
+ | |||
{{WRNBB Art.1}} | {{WRNBB Art.1}} | ||
Versie van 24 jul 2019 om 10:02
HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE BEPALINGEN
ARTIKEL 1
- Definities
In dit reglement wordt verstaan onder:
- NBB: Nederlandse Bridge Bond
- Statuten: Statuten van de NBB
- HR: Huishoudelijk Reglement van de NBB
- BB: Bondsbestuur van de NBB
- DB: Districtsbestuur of districtsbesturen van de NBB RB: Organiserende Instantie zoals bedoeld in de Spr (Regelend Bestuur, BB, DB of GL)
- WBF: World Bridge Federation
- EBL: European Bridge League
- CvB: Commissie van Beroep bedoeld in de Statuten Weko: Commissie inzake het wedstrijdwezen
- CR: Competitiereglement van de NBB
- GL: Gewoon Lid van de NBB (een club)
- WL: Wedstrijdleider
- PC: Protestcomité
- PK: Protestcommissie, ingesteld bij besluit van het BB van 4 juli 1977 Spr: 'Internationale Spelregels voor wedstrijdbridge' vastgesteld door de WBF, in Nederlandse vertaling uitgegeven door de NBB en de VBL MP: Matchpunt(en)
- IMP: Internationale matchpunt(en) WP: Winstpunt(en)
ARTIKEL 2
- Toepassing van dit reglement
1. Dit reglement is als aanvulling op de Spr van toepassing op alle door het BB, een DB of een GL georganiseerde wedstrijden, behalve voor interne wedstrijden van GL die het Wedstrijdreglement niet van toepassing hebben verklaard.
2. Het RB beslist in alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet.
3. Dit reglement kan worden aangehaald als “het Wedstrijdreglement”.
ARTIKEL 3
- Roken
- Vanaf een half uur voor het begin van een wedstrijd is het verboden te roken in de speelruimte.
ARTIKEL 4
- Organisatie van de wedstrijd
1. Voor de aanvang van de wedstrijd wordt door of namens het RB bekend gemaakt uit hoeveel spellen deze zal bestaan en welke scoremethode gehanteerd zal worden.
2. Zonder toestemming van de WL mag een speler zich tijdens een ronde niet van zijn plaats verwijderen.
ARTIKEL 5
- Speeltempo
- De duur van een ronde is gebaseerd op een tempo van gemiddeld 7½ minuut per spel. Het RB en ook de WL kan hiervan afwijken. Indien met tafelschermen wordt gespeeld, kan het RB een andere gemiddelde speeltijd per spel hanteren.
ARTIKEL 6
- Afspraken over bieden en tegenspelen
1. De Weko geeft voorschriften omtrent het model en de wijze van invullen van de systeemkaart. Een GL kan afwijkende voorschriften vaststellen.
2. Onmiddellijk na aanvang van een ronde dient ieder paar aan elk van de tegenstanders een ingevulde systeemkaart conform voorschriften lid 1 te overhandigen. Een RB kan echter bepalen dat voor bepaalde wedstrijden hiervan wordt afgeweken.
3. Een paar is verplicht voor aanvang van de eerste biedperiode in een ronde de tegenstanders te attenderen op afspraken waarvan het aan kan nemen dat de tegenpartij hiervoor een verdediging zou willen afspreken.
4. Het RB kan het gebruik van afspraken reglementeren. De regels kunnen onder meer omvatten:
- a) een verbod op het gebruik van door WBF, EBL en/of NBB aangeduide systemen en/of bied- en tegenspelafspraken;
- b) een voorschrift een uitgebreide beschrijving van afspraken vóór een door het RB te bepalen datum aan het RB in te zenden ter distributie aan de overige deelnemers;
- c) het verlenen van toestemming aan de overige deelnemers om aan tafel een schriftelijke weergave te raadplegen van een verdediging tegen door WBF, EBL en/of NBB aangeduide systemen en/of bied- en tegenspelafspraken;
- d) bij viertallenwedstrijden het ontnemen van het recht om als laatste aan tafel plaats te nemen.
ARTIKEL 7
- Gebruik van scoreformulieren en systeembeschrijvingen
1. Behoudens het in dit artikel toegestane mogen door spelers tijdens een ronde geen aantekeningen worden gemaakt.
2. De gegevens betreffende een spel worden door Noord op de vastgestelde wijze vastgelegd, tenzij de WL toestemming geeft dat iemand anders het doet of tenzij het RB een officiële scorer heeft aangewezen.
3. Het is spelers toegestaan aantekening te houden van het contract, de leider, het resultaat, de score en de uitkomst. Deze aantekeningen mogen niet zichtbaar zijn voor spelers die het spel nog moeten spelen.
4. Buiten de in artikel 6 lid 2 en lid 4c en de in lid 3 van dit artikel bedoelde gegevens mogen de spelers tijdens het bieden en spelen geen reglementen, aantekeningen of andere bescheiden raadplegen.
ARTIKEL 8
- Alerteerbepalingen
1. Alerteren is verplicht. De Weko stelt de criteria voor een alerteerregeling vast. De Weko en ook het RB kan voorschrijven dat bepaalde groepen spelers worden ontslagen van de verplichting tot alerteren.
2. De tegenpartij heeft voor aanvang van een spel het recht het alerteren te verbieden, welk verbod dan geldt voor de rest van de ronde. Een paar dat van dit recht gebruikt maakt, wordt daardoor niet zelf ontslagen van de plicht te alerteren.
3. Het alerteren geschiedt door de partner van de speler die een te alerteren bieding heeft gedaan:
- a) als gebruik gemaakt wordt van bidding boxes door de alertkaart te hanteren; de alertkaart dient vervolgens te worden teruggestoken in de bidding box;
- b) als geen bidding boxes worden gebruikt of als in de bidding box geen alertkaart aanwezig is: door na de bieding op de tafel te kloppen.
- De alerterende speler dient zich ervan te vergewissen dat beide tegenstanders dit hebben opgemerkt.
ARTIKEL 9
- Tafelschermen
Het RB kan voor bepaalde wedstrijden of categorieën van wedstrijden het gebruik van tafelschermen voorschrijven. Het RB regelt het gebruik van de schermen en de consequenties daarvan voor de toepassing Spr en dit reglement middels vaststelling van het Schermreglement.
ARTIKEL 10
- Stopregel
1. Tenzij het RB anders voorschrijft, moet een openingsbod van 2 of hoger, alsmede ieder sprongbod worden voorafgegaan door een waarschuwing als volgt:
- a) als gebruik gemaakt wordt van bidding boxes door de stopkaart voor beide tegenstanders zichtbaar op tafel te leggen; als de stopkaart ontbreekt dient de uitgenomen stapel biedkaarten eerst ondersteboven op tafel te worden gelegd, en vervolgens te worden omgedraaid;
- b) als geen bidding boxes worden gebruikt: door het bod te laten voorafgaan door het woord 'stop'.
2. Na een bod als in lid 1 omschreven is de volgende speler verplicht ca tien seconden te wachten voor hij een bieding doet. Elke bieding binnen deze periode kan als een ongeoorloofde inlichting worden aangemerkt.
3. Dit artikel is niet van toepassing bij wedstrijden waarbij tafelschermen worden gebruikt.
ARTIKEL 11
- Bepaling van de score
1. Het omrekenen van een resultaat uitgedrukt in IMP naar WP gebeurt met gebruikmaking van door de Weko goedgekeurde tabellen.
2. Het resultaat van een deelnemer in een wedstrijd waarin de score per spel wordt uitgedrukt in MP is gelijk aan het percentage van het behaalde aantal MP gedeeld door het maximaal door hem te verkrijgen aantal MP. Hierbij wordt rekening gehouden met het aantal gespeelde spellen en met het effect van arbitrale scores.
3. In een wedstrijd waarin de score per spel wordt uitgedrukt in MP wordt de formule van Neuberg gebruikt als het aantal te vergelijken resultaten groter dan één is en niet op ieder spel even groot is.
- De formule van Neuberg luidt als volgt: MP = (N*(MP'+1)/n)-1, waarin:
- MP: het uiteindelijke resultaat in MP
- MP': het aantal MP dat zich laat bepalen uit het vergelijkbare aantal scores N: het aantal scores per spel dat men had willen vergelijken
- n: het aantal scores per spel dat effectief kan worden vergeleken
- De formule wordt niet toegepast:
- Op een groep van twee te vergelijken scores. Er worden dan vervangende scores toegekend van 65% en 55%.
- Op een groep van drie te vergelijken scores indien het totaal aantal scores per spel dat men oorspronkelijk had willen vergelijken elf of meer is. Er worden dan vervangende scores toegekend van respectievelijk 70% 60% 50%.
4. Het RB kan van het bepaalde in de leden 1 tot en met 3 afwijken.
ARTIKEL 12
- Arbitrale score bij butlerwedstrijden
- Als de WL bij butlerwedstrijden besluit een kunstmatige arbitrale score van gemiddelde-plus of gemiddelde-min toe te kennen bedraagt die score +2 IMP respectievelijk -2 IMP.
ARTIKEL 13
- Communicatieapparatuur (zoals mobiele telefoons)
1. Het gedurende de speelperiode zichtbaar bij zich dragen van mobiele telefoons of andere (draagbare) telecommunicatieapparaten, zelfs als ze zijn uitgeschakeld, is niet toegestaan. Indien een dergelijk apparaat tijdens een wedstrijd op welke manier dan ook een geluidssignaal produceert (waaronder ook merkbaar trillen wordt verstaan) is dat een overtreding.
2. Iedere vorm van telecommunicatie tijdens de wedstrijd is een overtreding (ongeacht eventuele overtredingen van de spelregels, zie met name Spr. art 73B2).
3. Als een speler een van de bovenstaande leden overtreedt, zijn de volgende straffen van toepassing:
- a) Bij een viertallenwedstrijd wordt het betreffende viertal bestraft met een aftrek van 2 WP.
- b) Bij een parenwedstrijd wordt het betreffende paar bestraft met een aftrek van 100% van de top van een spel.
- c) Bij een individuele wedstrijd wordt de betreffende speler bestraft met een aftrek van 100% van de top van een spel.
- d) Indien de uitslag van de wedstrijd in IMP wordt vastgesteld, bedragen de bovenstaande straffen 10 IMP.
4. Bij herhaalde overtreding kan een speler uit de speelzaal verwijderd worden. 5. Het RB is bevoegd met betrekking tot dit artikel eigen regels te hanteren.
ARTIKEL 14
- Protesten
1. Protesten als bedoeld in de Spr worden ingediend en behandeld overeenkomstig de daartoe in het Protestreglement gestelde regels.
2. Indiening en behandeling van bezwaren van andere strekking dan de in de Spr bedoelde protesten wordt geregeld in het Beroepsreglement.