Sjabloon:2017:9B: verschil tussen versies

Uit Spelregels voor tafelarbiters
 
(6 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
  
  
1. (a) De wedstrijdleider behoort onmiddellijk ontboden te worden
+
# (a) De wedstrijdleider behoort onmiddellijk ontboden te worden nadat de aandacht is gevestigd op een onregelmatigheid.
nadat de aandacht is gevestigd op een onregelmatigheid.
+
::(b) Elke speler, met inbegrip van de blinde, mag de wedstrijdleider ontbieden, nadat de aandacht is gevestigd op een onregelmatigheid.
 
+
::(c) Een speler die de wedstrijdleider ontbiedt, verliest geen enkel recht waarop hij anders aanspraak zou kunnen maken.
(b) Elke speler, met inbegrip van de blinde, mag de wedstrijdleider ontbieden, nadat de aandacht is gevestigd op een onregelmatigheid.
+
::(d) Het feit dat een speler de aandacht vestigt op een onregelmatigheid, begaan door zijn eigen partij, tast de rechten van de tegenstanders niet aan.
 
+
:2. Een speler mag geen enkele actie ondernemen totdat de wedstrijdleider een volledige uitleg heeft gegeven inzake de toepasselijke rechtzetting.
(c) Een speler die de wedstrijdleider ontbiedt, verliest geen enkel recht waarop hij anders aanspraak zou kunnen maken.
 
 
 
(d) Het feit dat een speler de aandacht vestigt op een onregelmatigheid, begaan door zijn eigen partij, tast de rechten van
 
de tegenstanders niet aan.
 
 
 
2. Een speler mag geen enkele actie ondernemen totdat de wedstrijdleider een volledige uitleg heeft gegeven inzake de toepasselijke rechtzetting.
 

Huidige versie van 22 jul 2019 om 07:40


  1. (a) De wedstrijdleider behoort onmiddellijk ontboden te worden nadat de aandacht is gevestigd op een onregelmatigheid.
(b) Elke speler, met inbegrip van de blinde, mag de wedstrijdleider ontbieden, nadat de aandacht is gevestigd op een onregelmatigheid.
(c) Een speler die de wedstrijdleider ontbiedt, verliest geen enkel recht waarop hij anders aanspraak zou kunnen maken.
(d) Het feit dat een speler de aandacht vestigt op een onregelmatigheid, begaan door zijn eigen partij, tast de rechten van de tegenstanders niet aan.
2. Een speler mag geen enkele actie ondernemen totdat de wedstrijdleider een volledige uitleg heeft gegeven inzake de toepasselijke rechtzetting.